De Wommel, het begin.
De zwarte frakkenbrigade: Naar de Wommel gaan is slecht voor de gezondheid? (Van 1985-1989)
Het moet zo omstreeks ’83 geweest zijn dat ik voor het eerst met dé Wommel in aanraking kwam, allez, als 14 jarige mocht ik er toen nog niet naar toe (van ons moeder en ons vader) maar via mijn maat Luc Van de Wiele kon ik er de eerste verhalen over horen en indirect de sfeer opsnuiven. Ook van Kurt en Sven Kestens bij Ternesse hoorde ik stoere verhalen in bedampte kleedkamers. Toen ik er een paar jaar later terecht kwam was de periode die door Ivo Ruts beschreven werd als de clash tussen roos en zwart voorbij. De zwarten hadden gewonnen. Ik kende de Wommel al wel van naam via Kurt en Sven Kestens maar de dansvloer zitstakingen heb ik niet meegemaakt. Na de oprichting van de Wommel en een zekere bloeiperiode was er een leegloop ontstaan. Een van de vele pendelbewegingen van het Jeugdhuis in de minder goeie richting.
Bart Van de Wiele, oudere broer van Luc was er samen met zijn toenmalige lief Christel DJ. Hij bracht een deel van zijn eigen vinyl mee naar het jeugdhuis. Welke platen? The boy with the thorn in his side (the Smiths), Ignore the machine (Alien Sexfiend), Collapsing new People (Fat Gadget), She’s in parties (Bauhaus), Sleeper in Metropolis (Anne Clark), Love will tear us apart (Joy Division – John Peel sessions), Tomorrow in the papers (Neon Judgement), Front 242. Vooral Maxi singles (LP formaat op 45 toeren te draaien vinyl). Het was voor Wommel publiek, zo zou ik later zelf aan den lijve ondervinden als DJ, meer commercieel en te licht, té soft. De Punk was voorbij en de Post-punk maakte furore als een “nieuwe golf”.
Zelf nog geen voet in de Wommel gezet te hebben, mocht ik tussen de platen snuisteren van DJ Bart, de totaal vreemde muziek opende voor mij een nieuwe wereld. In de periode net voor ik in het JH terechtkwam was mijn muzikale beleving vooral de zaterdags BRT radio top 30 geweest. Alles op cassette opnemen en herbeluisteren. Muziek was voor mij de jukebox in café Royal bij Ria en Marcel, de moeder en vader van Kurt en Sven. The eye of the tiger (Survivor), Don’t go (Yazoo). Op mijn platen spelertje op mijn kamertje werden de disco singles uit de seventies vervangen door meer synthpop à la Vienna (Ultravox).
Een revelatie was op woensdag namiddag samen met een vriend van op de voetbal, Chris Vercammen, naar “Blue Monday on the beach” te luisteren van New Order. Van Joy Division had ik toen nog niet gehoord. Ze bestonden al niet meer, de zanger Ian Curtis had zichzelf opgehangen en in ik leefde in totale onwetendheid over mijn toekomstige doem-idolen. Op Xaverius leerde ik via Werner Diels (die familie was van een andere Wommel DJ Herman) die in mijn klas zat, de Simple Minds kennen met New Gold Dream en de nieuwe plaat Glittering Price die eraan zat te komen.
Terugblikkend op die periode heb ik heel die periode een beetje achter de feiten aangelopen. De Punk was al lang voorbij maar ook de grote gloriejaren van de new wave waren voorbij toen ik mijn eerste voet in de Wommel zette. De elektronische muziek was in de minderheid, de metal, hard rock, punk-rock en garage -rock voerden de bovenhand. Het enige voordeel dat ik had was dat ik de muziek van DJ Bart had leren kennen ik zelf op zoek was gegaan naar nieuwe muziek. Ik ontleende platen in de Bibliotheek-discotheek op het Laar (aan de oude Kandonck). Daar leerde ik Hatfull of Hollow van de Smiths kennen, The Wall van Pink Floyd, Changing Places (Anne Clark), Once upon a time (the singles van Siouxie and the Banshees). Het werd de sound track van die eerste zomer dat ik mocht uitgaan.
Zo verzeilde ik in JH Wommel in de werkgroepen in 1986. Als timide jonge kerel observeerde ik boekhouder Bob, voorzitter Ivo, Kurt, Danny Van Loey en den Herman die veel van de platen aankocht. Lloyd Cole and the Commotions maar ook Ramones. Ik werd opgeleid tot DJ, toogdienst, opkuis, inkom doen. Er waren veel verschillende werkgroepen, met minstens 20-30 heel actieve leden die bijna wekelijks evenementen op poten zetten. De bierrally was er zo één. Met de fiets De Wommel binnenrijden (je mocht met je voeten niet de grond raken), via de kleine wommel naar de grote Wommel (via het bierkot), aan de toog een ad-vundum, een stempel op je kaart en dan een toer rond het Fort koersen. Na een paar toeren lag ik buiten westen in de goot van de binnengordel te kotsen en miste ik life de gebeurtenissen zoals de Sven die ne fietsende visser in de Fortgracht ramde of den Yves Van Damme die als eerste over 10 toeren was geraakt. Ik was al lang over MIJN toeren. De jenevervoetbal die uit de hand liep waarbij Sven en Yves op spoed een maagspoeling kregen. De Wommel die meedeed aan de Driedaagse op rollen.
Mijn DJ carrière begon eerst op een namiddag van de KWB waarbij lagere school kinderen een namiddagfuif werd aangeboden en ik afwisselend kindjes in de DJ box kreeg die kwamen klagen dat het te hard stond (en de volgende vond het te stil). Ondertussen in het meer liberale St. Edmondus op school, verschoof de muzikale keuze verder naar Virgin Prunes, Einstürzende Neubauten edm. Via mijn neef Roel kwam ik in contact met JH Ahoy in Wijnegem en af en toe kwam ik ook daar over de vloer. Ik herinner me Alice en the Temple of Love van the Sisters of Mercy bijvoorbeeld en DJ’s zoals Patrick Leten die me Blain L Reiniger, David Sylvian ea leerden kennen.
Het waren ook mijn eerste stapjes in de concertwereld. Ik herinner me een van mijn eerste concerten in Paradox op het toen nog totaal verlaten en verloederde Zuid. We genoten er van het de Hollanders van Claw Boys Claw. De zanger sprong in het publiek met een paars hemd en kwam terug op het podium in bloot bovenlijf. Toen we naar huis gingen had Sven Kestens een paars sjaaltje rond zijn nek dat jaren onafscheidelijk verbonden bleef met dé Sven en mijn eerste concert. ‘T Hof ter Loo (nu Trix) bood onderdak aan Jesus and the Mary chain, het klonk als „candy” en „honey”. De Wommel ging ook naar Seaside festival en naar Leopoldsburg. De verhalen over de bands die ik maar pas leerde kennen waren imponerend. Ook op concertvlak liep ik achter de feiten aan. In de Wommel zelf speelde de Garbage gang graag spectaculaire thuiswedstrijden en regelmatig na hun optreden kwamen de Paranoiacs in het vroeg binnengevallen. Op zo één van die momenten probeerden ze ook een keer mijn Puch bromfiets te stelen om zo alsnog thuis te geraken. De Sven kon daar een stokje voor steken.
De Wommel was een familie. Warme herinneringen. No Fun tijdens de Playback show gepresenteerd door Danny en Herman. Mijn maten Dirk en Johan (ze noemden ons de drie musketiers) en Kurt imiteerden the Stooges. Peggy en enkele andere meisjes kronkelden wild op de Rainmakers: Let my people GO-GO-GO. Je kon de DJ van dienst amper zien in die tijd, hij zat verstopt achter een jukebox die voor de booth stond. De typisch verlegen dansers voor de boxen of met het gezicht naar het podium gekeerd. De verhalen over vrijages in de toiletten van de voetbal kleedkamers (toen de Wommel nog geen eigen wc’s had). de Zomeravonden waar er minstens even veel volk buitenstond als binnen. De activiteiten zoals de Bloemenwagens die we maakten bij de Verhoevens, Voetbaltornooien op Ternesse. De galmende lach van de Copy in de gang van de Wommel. Den Duiker die overal de sfeer animeerde. De Kaas-en wijnavonden waar Sven de giftige planten, die als tafeldecoratie dienden, stoer opat. De Wommel die een advocaat onder de arm nam omdat burgemeester Vandeweghe de Wommel met planken kwam toenagelen. De Wommel won en heropende. Hij vermoedde dat de lege aanhangwagen die in brand was gestoken door Wommel mensen was gevandaliseerd. Als de leden van de Dizzy Dave band in het laat nog binnenvielen dan legde de DJ van dienst al een nummer van de Fabulous Thunderbirds klaar. Speelde Sven plaatsjes dan kon je the Leather Nun verwachten, speelde Reinhild dan kwamen de Lyres op het menu. Speelde Peter Roodhooft dan kwamen Beastie Boys aan bod. Tussen 5 en 6 uur ‘s morgens werd meerdere keren voorgenomen af te sluiten en dan kwamen The Doors op de proppen met The End of de hele plaat Riders on the Storm galmde door een lege Wommel. Die tonen bleken een catharsis moment te veroorzaken bij de volgezopen laatste achterblijvers. De laatste kliekjes op het podium verdwenen dan stillekes huiswaarts. Zondagen in Wommel café met de sjotterkas of naar verhalen luisteren over hoe regelmatig wel iemand tijdelijk inwoonde in Wommel café. De homerische discussies tijdens de werkgroepen vergaderingen waarbij „gelijk halen” voor de ene al wat belangrijker was dan voor de andere. Wat typisch was en is voor de Wommel is de vrij en ongebonden houding, geen subsidies aanvragen maar ongebonden blijven, onafhankelijk zijn, onze eigen boontjes doppen. Hoeveel keren er iemand een groepsbestelling frieten ging halen aan het fritbarakske over dancing de Hoeve, is niet geweten. Op het Podium of in Wommel café werd die vettige frit verorberd om dan weer stevig te kunnen verder drinken. Naar het einde van mijn Wommelperiode werd er gediscussieerd over Zwarte Zondag en al gauw zag een nieuwe organisatie het licht Koffie Verkeerd, waarin krachten gebundeld werden voor een verdraagzame samenleving. Als KV iets organiseerde, sloot vaak de Wommel en speelden we een match op verplaatsing in de Familia of Den Boomgaard en later in het Wommelgemse Asielcentrum.
De Wommel was en is een familie maar blijkbaar dachten buitenstaanders er anders over. In een gemeente als Wommelgem met veel sociale controle werd er veel geroddeld. Er werd als eens geroepen, daar is de zwarte frakken brigade als een paar Wommelgangers al dan niet op de fiets in het dorp passeerden. Mijn ouders waren ongerust omdat ik naar die gevaarlijke Wommel ging. Maar in al die jaren heb ik er geen één gevecht gezien. Terwijl mijn ouders zonder opmerking aanvaardden dat mijn zus naar Dancings als Jump of Amnesia ging. Den 900 en de Rijkswacht hadden er wekelijks hun handen vol maar toch was de Wommel het gevaar. Om dat gevaar te illustreren eindig ik hier met een legendarisch Wommelverhaal.
De Copy en de Kurt reden in de vroege uurtjes met den auto van de Wommel naar huis en de motor bleef nog draaien op de oprit, de verwarming stond vollen damp terwijl er nog werd nagepraat. Een gepantserd busje van Brink-Ziegler wilde cash leveren bij de Bac-op net over het huis van Kurt. De verdachte wagen veroorzaakte dat het geldtransport doorreed en even later kwamen rijkswachtcombi’s van alle kanten opgereden. De twee heren werden hardhandig uit de auto gesleurd en tegen de muur gezet, gefouilleerd. Met de Uzi’s in aanslag werd hen gevraagd wat ze daar deden. Het had veel voeten in de aarde maar uiteindelijk werd het misverstand opgehelderd. Toch vertelde men de volgende morgen dat gasten van de Wommel een overval beraamden op de bank om drugs te kunnen kopen. Was naar de Wommel gaan, slecht voor de gezondheid? Het hangt er maar van af hoe je het bekijkt.
Voor vele mensen was JH Wommel vooral dé WOMMEL, een metafoor voor dé familie die het jeugdhuis was voor vele jongeren die hun weg zochten in het leven.
(Günther Dauwen, gewoon lid van de werkgroepen en sinds 2009 voorzitter van de AV)